Epidurale en transforaminale

Binnenkort ondergaat u een epidurale of transforaminale epidurale inspuiting in de pijnkliniek van Kliniek St Jan Brussel.
In deze brochure vindt u informatie over deze behandelingen.

Voor de leesbaarheid wordt hier in de mannelijke vorm gesproken over de arts en de verpleegkundige. Overal waar hij/hem staat wordt uiteraard ook zij/haar bedoeld.

1. ALGEMENE INFORMATIE

De behandelingen op de pijnkliniek gebeuren op het chirurgisch daghospitaal op de Middaglijn site van Kliniek Sint Jan, via een korte dagopname.

Kliniek St Jan
Site Kruidtuin, Kruidtuinlaan 32, 1000 Brussel

Route 090, Dagheelkunde
02 221 90 90
7u30 – 12u00 12u30 – 15u00

Indien u bloedverdunners inneemt, zijn er specifieke richtlijnen. Breng uw verwijzende arts, radiografieën, labo… of uw huisarts steeds op de hoogte van het feit dat u deze medicatie inneemt!
Een bloedname is steeds noodzakelijk bij een eerste infiltratie (bloedplaatjes, PT en aPTT) Bij bepaalde bloedverdunners is een bloedname voor elke infiltratie de dag zelf noodzakelijk.

Belangrijk:

U brengt best alle beschikbare radiologische opnames en resultaten van technische onderzoeken en labotesten mee op de dag van de behandeling, zeker wanneer deze buiten Kliniek St Jan gebeurd zijn.
Vergeet ook zeker uw verwijsbrief niet voor de arts van de pijnkliniek.
Attesten, die de arts voor u dient in te vullen brengt u ook mee.
Uiteraard ook uw identiteitskaart en SIS kaart niet vergeten

Het is voor ons en onze patiënten erg belangrijk, dat u de dag voor uw afspraak belt naar het secretariaat om uw afspraak te bevestigen op het nummer 02 221 90 90
Op dat moment krijgt u van de secretaresse ook het uur te horen, waarop wij u verwachten.

Er zal u gevraagd worden, een begeleider te voorzien. U kunt mogelijks na de technische behandeling niet zelf met de auto rijden.

Wanneer u voor de eerste keer komt, breng dan zoveel mogelijk medische gegevens mee: de brief van de verwijzende arts
radiografieën
laboresultaten, indien deze gebeurden buiten St Jan

2. VOORBEREIDING

De verpleging zal met u een korte vragenlijst overlopen, ofwel u vragen deze vragenlijst in te vullen.
Nadien zullen ze u naar uw kabine begeleiden alwaar u zich kunt omkleden. U krijgt een operatiehemd van het ziekenhuis, nachtgerief is niet noodzakelijk. U wordt nadien begeleid naar een relaxzetel in de wachtzaal.

Wanneer het uw beurt is, zal u door een verpleegkundige begeleid worden naar de operatiezaal.

3. EPIDURALE EN TRANSFORAMINALE EPIDURALE

WAT EN WAAROM

Epidurale infiltraties kunnen worden toegepast wanneer er pijn ontstaat door druk op en ontsteking van een zenuwwortel.
De meest voorkomende aandoeningen zijn een hernia discalis (dit is een uitpuilende tussenwervelschijf) en/of spinaalkanaalstenose (vernauwing v/h ruggemerg kanaal) t.h.v. nek/rug. Eventueel kunnen er uitstralingspijnen ontstaan in armen of benen.

De indicatie voor een epidurale of transforaminale epidurale wordt gesteld door uw verwijzend arts en herbekeken door de anesthesist van de pijnkliniek op de dag van de infiltratie zelf.

HOE EN WAT

U hoeft voor een (transforaminale) epidurale inspuiting niet nuchter te zijn.
Bloedverdunners moeten meestal gestopt worden en evt vervangen worden door inspuitingen clexane of fraxiparine (te stoppen 24u voor de inspuiting).
Gezien wij radiografische straling gebruiken voor onze inspuitingen (nodig voor exacte positionering) zijn infiltraties niet mogelijk indien u (mogelijks) zwanger bent. Deze straling is namelijk mogelijks gevaarlijk voor uw ongeboren kind.

Bij een epidurale wordt er een corticosteroid ingespoten in de epidurale ruimte tussen 2 wervels, met als doel de pijn te verminderen.

Bij een transforaminale epidurale wordt een corticosteroïd met plaatselijke verdoving ingespoten t.h.v. de uittredende zenuwwortel. Vandaar verspreidt de medicatie zich naar epiduraal (naar het midden van de wervelkolom) en rond de zenuw. Deze behandeling is eveneens om pijn te verminderen.

Ten gevolge van kanaalstenose, een discushernia of andere oorzaken, kan een zenuw die vanuit de wervelkolom vertrekt, geprikkeld worden.
Op de plaats van de geprikkelde zenuw kan een ontstekingsreactie ontstaan. Dit alles kan leiden tot pijn, tintelingen of krachtverlies volgens het verloop van de betrokken zenuw:

• wanneer de problematiek zich voordoet tussen twee halswervels, kan dit leiden tot pijn en andere klachten in de nek, schouder of arm;
• bij een problematiek tussen twee lendenwervels kan pijn ontstaan in de rug of het been;
• meer zelden kan het probleem ontstaan tussen twee borstkaswervels.

In deze gevallen kan een (transforaminale) epidurale infiltratie overwogen worden, wanneer er geen beterschap optreedt met conservatieve maatregelen (bv. medicatie).

Wat is het doel van deze infiltratie?

Het corticosteroïd vermindert de ontstekingsreactie en de mede hierdoor veroorzaakte zwelling op de geprikkelde zenuw. Dit kan de pijn verlichten. Vaak is het zo dat er in het begin een tijdelijke toename van de klachten mogelijk is; dit is niet onrustwekkend.
Het pijnstillend effect verschijnt vaak pas na enkele dagen: dit is eigen aan corticosteroïden.

Hoe zijn de resultaten?

Meestal is er een tijdelijke of gedeeltelijke verbetering van de klachten. Volgens studies zijn de resultaten beter wanneer er vooral uitstralingspijn is (bv. in de arm of in het been) en wanneer de pijn minder dan zes maanden aanwezig is.
Afhankelijk van het resultaat kan de behandeling eventueel herhaald worden, ten vroegste twee weken na de eerste infiltratie. Garantie op beterschap kan niet gegeven worden: de onderliggende oorzaak (bv. kanaalstenose, hernia,…) wordt door de infiltratie immers niet weggenomen.

Cervicale epidurale

Dit is een epidurale in de hals.

Voor deze infiltratie zult u zich dienen te installeren op de buik op de operatietafel.
De arts zal uw hals ontsmetten en een doekje op uw hals plakken.
Vervolgens zal hij de lokale verdoving toedienen.
Vervolgens zal hij de naald in de epidurale ruimte plaatsen. Dit is normaal gezien niet pijnlijk. Indien u toch pijn zou voelen, is het belangrijk dat u de arts hiervan op de hoogte stelt (extra plaatselijke verdoving). Het is zeer belangrijk dat u tijden de procedure NIET BEWEEGT!

Na controle met een radiografische scopie opname met contrast (indien u niet allergisch bent) wordt de medicatie ingespoten.
Dit kan een kortdurende toename van uw klachten of een gevoel van elektriciteit geven. Vermeld dit zeker aan uw arts, belangrijk blijft om niet te bewegen.

Na de infiltratie wordt u met uw relaxstoel naar de ontwaakzaal gebracht, waar u kort wordt geobserveerd.
Nadien brengt de verpleging u terug naar uw kabine.
U kunt zich terug omkleden en terug vertrekken naar huis.

Transforaminale epidurale

Dit is een inspuiting thv de uittredende zenuwwortel tussen 2 wervels.

Voor deze infiltratie zult u zich dienen te installeren op de buik op de operatietafel.
De arts zal uw rug ontsmetten en een doekje op uw rug plakken.
Vervolgens zal hij de lokale verdoving toedienen.
Vervolgens zal hij de naald t.h.v. de uittredende zenuwwortel aan het foramen plaatsen. Dit is normaal gezien niet pijnlijk. Indien u toch pijn zou voelen, is het belangrijk dat u de arts hiervan op de hoogte stelt (extra plaatselijke verdoving). Het is zeer belangrijk dat u tijden de procedure NIET BEWEEGT! Mogelijks hebt u wel een elektrisch gevoel in uw rug of been.

Na controle met een radiografische scopie opname met contrast (indien u niet allergisch bent) wordt de medicatie ingespoten.
Dit kan een kortdurende toename van uw klachten of een gevoel van elektriciteit geven. Vermeld dit zeker aan uw arts, belangrijk blijft om niet te bewegen.

Na de infiltratie wordt u met uw relaxstoel naar de ontwaakzaal gebracht, waar u kort wordt geobserveerd.
Nadien brengt de verpleging u terug naar uw kabine.
U kunt zich terug omkleden en terug vertrekken naar huis.

Gepulseerde radiofrequente behandeling foraminaal (pulsed RF)

Voor deze behandeling zult u zich dienen te installeren op de buik op de operatietafel.
De arts zal uw rug ontsmetten en een doekje op uw rug plakken.
Vervolgens zal hij de lokale verdoving toedienen.

Nadien zal hij de naald t.h.v. de uittredende zenuwwortel plaatsen. Dit is normaal gezien niet pijnlijk, een gevoel van uitstralende elektriciteit is mogelijk. Indien u toch pijn zou voelen, is het belangrijk dat u de arts hiervan op de hoogte stelt (evt extra plaatselijke verdoving). Het is zeer belangrijk dat u tijdens de procedure NIET BEWEEGT!

Na controle met een radiografische scopie opname gebeurt nog een controle met elektrische stimulatie. Hiervoor hebben we uw medewerking nodig.
Eerst wordt de gevoeligheid getest, om te zien of het naadje dicht genoeg bij de zenuw geplaatst is. Hierbij is het belangrijk dat u signaleert of u “iets” voelt in de rug en/of het been. Dit kan bv een druk zijn, of tintelingen. Pijn is hier niet noodzakelijk!

Nadien wordt de bewegingszenuw getest. Hierbij gaat u schokken (samentrekkingen) in de rug en het been voelen. Uw arts zal beoordelen of deze stimulatie juist is.

Nadat bevestigd is, dat het naaldje op de juiste plaats geplaatst is, wordt de eigenlijke behandeling gestart.
Plaatselijke verdoving wordt toegediend en korte tijd hierna wordt de gepulseerde radiofrequente behandeling gestart.

Indien dit voor u pijnlijk of lastig is, dient u zeker de arts te verwittigen. De behandeling zal tijdelijk onderbroken worden zo nodig.

Na de behandeling wordt u met uw relaxstoel naar de ontwaakzaal gebracht, waar u kort wordt geobserveerd.
Nadien brengt de verpleging u terug naar uw kabine.
U kunt zich terug omkleden en terug vertrekken naar huis.

NEVENWERKINGEN en VERWIKKELINGEN

Hoewel de techniek en de producten erg veilig zijn, zijn er toch enkele nevenwerkingen en verwikkelingen beschreven:

• Tijdelijke pijn op de insteekplaats is niet ongebruikelijk en niet verontrustend.

• Het corticosteroïd kan enkele neven-werkingen hebben zoals (tijdelijke) gewichtstoename, spierzwakte, rood gelaat, ontregeling van het bloedsuikergehalte, effect op het bot (botontkalking- osteoporose). Deze nevenwerkingen treden over het algemeen pas op indien er verschillende infiltraties na elkaar plaatsvinden.

• Na de injectie kunnen de bloeddruk en de polsslag tijdelijk dalen. Ook tijdelijke duizeligheid is beschreven. Daarom wordt u na de procedure nog een tijdje geobserveerd.

Na de injectie treedt soms een verminderde gevoeligheid in het been en/of de rug op. Dit is een gevolg van de plaatselijke verdoving en zal vrij snel beteren. Indien dit het geval is, is het mogelijk, dat u iets langer moet blijven na de infiltratie (U kunt wel dezelfde dag nog naar huis vertrekken)

• Allergische reacties op latex, ontsmetting, contrastvloeistof of toegediende producten zijn mogelijk. Vermeld steeds aan de verpleegkundige of arts of u gekende allergieën hebt.

• Ernstige verwikkelingen (zoals bloedingen, infectie (bv. hersenvliesontsteking), zenuwbeschadiging) zijn mogelijk, maar gelukkig erg zeldzaam.
• Aanhoudende hoofdpijn die verergert bij het rechtop komen en verbetert met neerliggen is een beschreven maar zeldzame verwikkeling van een epidurale infiltratie.
Best neemt u hiervoor contact op met uw huisarts of de pijnkliniek.

Bijzondere aandachtspunten en voorzorgen

Wij raden u aan om de dag van de behandeling geen voertuig te besturen. U zorgt dus best voor een begeleider/ chauffeur
Indien u Diabetes (suikerziekte) hebt en behandeld wordt met insuline, is er mogelijks een ontregeling van het suikergehalte in uw bloed door het corticosteroid. Belangrijk is om uw behandeling voor diabetes NIET te stoppen. We zullen de dag zelf uw bloedsuikerspiegel controleren. Indien deze te hoog is op voorhand kan de infiltratie niet doorgaan. Controleer uw bloedsuikergehalte zeker goed de dag van en de dagen na de behandeling.
Indien er een mogelijkheid bestaat dat u zwanger bent, wordt de infiltratie niet uitgevoerd. Neem hiervoor contact op met uw huisarts.
Attesten (hospitalisatieverzekering, afwezigheidsattest voor school of werk, …) worden door de arts van de pijnkliniek ingevuld indien nodig. Breng deze zeker mee en vergeet dit zeker niet na te vragen op het moment van de infiltratie, zo nodig.